Weblog

Wat woorden doen voor het imago van een programma werd mij onlangs weer eens duidelijk bij het Openbaar Ministerie (OM).

Soms voel ik me een soort Don Quichot als ik het met mensen heb over het onderscheid tussen projecten en programma’s. Wie maakt het écht iets uit?

Programma’s hebben voor veel mensen op het oog wel iets aantrekkelijks. Als ze erin duiken, blijkt dat het echter flink ploeteren is om een programma goed neer te zetten.

Een open deur, maar in veel programma’s helaas niet! Doelen zijn vaak te ambitieus van aard, mede veroorzaakt door fanatieke opdrachtgevers.

We nodigen je van harte uit je ideeën en materialen over programmamanagement te delen!

IPMA Nederland heeft de Project Excellence Award uitgereikt aan een programma. Daar kan ik natuurlijk niet anders dan mijn verbazing over uitspreken.

De directie van een gemeente presenteert een nieuwe opzet van de aansturing van programma’s. Het MT wil zelf de rol van opdrachtgever gaan oppakken.

Veel bestuurders/politici willen zich na de nieuwe colleges profileren. Het zal hen niet overkomen dat de wereld vergaat zonder dat ze er iets aan gedaan hebben.

Voor programmamanagers zijn woorden en beelden het primaire gebruiksartikel. Daar gaan we echter slordig mee om, zonder na te denken over de consequenties ervan.

Ongelukken gebeuren nu eenmaal. Strategisch omgevingsmanagement voorkomt die niet, maar kan wel helpen partijen snel weer aan tafel te krijgen.

Om de context van samenwerkingsopgaven te duiden is er het Spectrum van Coalitievorming ontwikkeld. Dit is ook behulpzaam voor programma’s.

De positionering van een programma heeft consequenties voor de rol van de programmamanager. Bij elke positie past een ander type programmamanager.

In het hoofdstuk Organiseren beschrijven we vier grondvormen voor programmaorganisaties en hun samenhang met de permanente organisatie.

In het besluitvormingsproces over programma’s vindt veel communicatie tussen de betrokkenen plaats. Hoe geef je daar op een goede manier vorm aan?

Besluitvorming is een complex proces. Het heeft het een formele, gestuurde en geplande kant en een informele, ongestuurde en ongeplande kant. Hoe regisseer je dat?

Met de opkomst van Agile management is de aandacht voor flexibiliteit en wendbaarheid in organisaties sterk gegroeid. Hoe ziet dat eruit voor programma’s?

Het besturen van een programma is een continue, cyclische activiteit. Regelmatig toets je hoe het ervoor staat en neem je maatregelen om op koers te komen.

Aan de hand van het Veranderkrachtmodel van Ten Have kun je zogenaamde disfuncties in je programma onderzoeken en daarmee de robuustheid bepalen..

Een programma is een samenhangend geheel van doelen, inspanningen en middelen. Een Doelen-Inspanningen-Netwerk visualiseert die samenhang.

Aan onze aanpak van programma’s ligt een manier van kijken naar mensen en organisaties ten grondslag en aantal principes dat daarop gebaseerd is.

Er zijn allerlei redenen om een opgave programmatisch aan te pakken. Soms zijn dat offensieve redenen, soms meer defensieve redenen. Wat geldt bij jou?