Kloof opdrachtgevers en programmamanagers
17-08-2016De afstand tussen opdrachtgevers en de uitvoerders van projecten en programma’s is te groot. Opdrachtgevers krijgen niet de verandering die zij willen. Deze conclusie trekken onderzoekers van PwC die vorig jaar een internationaal onderzoek naar de praktijk van portfolio-, programma- en projectmanagement hebben gedaan. En dat terwijl de redenen voor het mislukken van projecten al tien jaar lang dezelfde blijken te zijn: slechte planning, scope wijzigingen en ontoereikende middelen. Ook is er weinig veranderd in de manier van weken van portfolio-, programma- en projectmanagers (hier verder P-managers te noemen) constateren de onderzoekers.
Steeds sneller
PwC constateert dat de bedrijven van oordeel zijn dat ze steeds sneller moeten reageren op ontwikkelingen in maatschappij en markt. Daar blijven de prestaties van de P-managers bij achter vinden lijnmanagers en topmanagers. Veel respondenten zijn het bijvoorbeeld eens met het statement dat de opdrachtgevers niet de verandering krijgen die zij willen. Dat leidt de onderzoekers tot vijf aanbevelingen: verklein de afstand tussen topmanagers en P-managers, rationaliseer het proces van keuzes in de portfolio, wees flexibel in de uitvoering van projecten en programma’s, stel de mensen in staat succes te behalen, verbindt de topmanagers met de P-managers en meet en adresseer de harde feiten om richting te kunnen houden.
Afstand topmanagers en P-managers
Het meest opvallend vind ik zelf de geconstateerde afstand tussen topmanagers, lijnmanagers en P-managers. Bijvoorbeeld zegt het merendeel van de P-managers dat hun belangrijkste taak is het rapporteren over de stand van zaken, en slechts op de vijfde plaats komt betrokkenheid bij strategische planning. ongeveer 60% van de topmanagers vindt dat de lijnmanagers betrokken worden bij veranderingen (en niet 100% noteren de onderzoekers hierbij!), maar slechts 40% van de lijnmanagers vindt de betrokkenheid en afstemming goed en slechts 6 % van de staf vindt dat ze betrokken zijn bij projecten en programma’s.
Het rapport is hier te downloaden.
Geen onderscheid project-programma
Ik moet er wel bij opmerken dat de onderzoekers geen onderscheid tussen programma’s en projecten maken. Die begrippen worden door elkaar gebruikt. Het lijkt mij over projecten te gaan.
Bovendien is de onderzoekspopulatie grotendeels Angelsaksisch: van de 3025 respondenten komen er 684 uit de VS en 471 uit het Verenigd Koninkrijk, tegenover 42 uit Duitsland en 21 uit Frankrijk!